maandag 18 juli 2011

"Dit is de stad, mevrouw! Zo werkt dat hier!"

Ik fiets met mijn gebruikelijke snelheid door de stad. Dan passeert een witte auto mij - denk ik, totdat de auto mij bijna van de weg drukt. Nog vóór tot me doordringt wat er precies gebeurt, hoor ik een meisjesstem: “meneer!”

Ah, ik ben een meneer.

“Meneer, u mag even stoppen.” Wacht, dat klinkt toch anders. En dan zie ik het: de witte auto heeft van die felrode strepen... Politieauto-strepen...

“Meneer, waarom reed u daarnet door rood?” Oei, wat ben ik in een slecht humeur vandaag. Maar schelden, dat probeer ik nooit meer te doen. Bovendien zijn deze discussies altijd vermakelijk, zelfs als je sjagrijnig bent.
“Mevrouw, dit is de stad.”
“Maar iedereen stond netjes te wachten; u was de enige die door rood fietste!”
Tja, meestal is dat precies andersom, maar kom daar maar eens mee aan bij tante agent. Natuurlijk krijg ik de boete: zeventig euro, als ik het handschrift van mevrouw de veldwachter zo tenminste correct ontcijfer. Ze geeft me nog het advies om voortaan toch maar te stoppen voor het rode stoplicht, omdat dit me anders veel geld kan gaan kosten. “Fijne dag nog, mevrouw,” zeg ik.

Ik heb dit verhaal aan veel mensen verteld. Niemand die vindt dat de politie hier goed werk heeft verricht. ‘Kinderachtig’ is nog het mildste oordeel. Maar ik ben niet boos, oh nee. Waarom zou ik me laten kisten? Dit was een wijze levensles, en ik kreeg ‘m zomaar kado. Tja, zeventig euro is niet weinig. Maar zonde? Geen geld meer hebben voor eten en door de honger omkomen, dát zou pas zonde zijn.

De wijze levensles is hier natuurlijk niet dat ik opeens zou moeten gaan stoppen voor rood licht; hahaha, dat zou een mooie grap geweest zijn. De lezers die een rijbewijs hebben zullen nu hun wenkbrauwen wel fronsen: wel verdikkie, fietsers rijden soms echt heel gevaarlijk, en dat merk je pas als je je autorijbewijs hebt! Dan zie je het pas echt goed! Maar ik heb zelf mijn rijbewijs en weet dus precies hoe dat werkt; ik weet ook dat veel automobilisten zich nooit meer in een auto zouden mogen vertonen, en dat weet ik omdat ik ze dagelijks zie stuntelen. Niet in de spiegels kijken, niet stoppen voor zebra’s, geen voorrang verlenen, onverantwoord hard rijden, asociaal hard en lang toeteren als er niks aan de hand is... En dat is nog geen begin van wat je ze dagelijks ziet doen.

Als je goed uitkijkt zie je al die fietsers ruim op tijd. Weet ik uit ervaring. Ook als ze erg asociaal zijn. En mocht er desondanks toch nog eens eentje over je motorkap schuiven, dan dekt de WA-verzekering echt de lakschade wel.

Dit is de stad. Rood licht voor auto’s betekent hier: stoppen. Rood licht voor fietsers betekent: en nu heel goed uitkijken. En doorrijden, of anders minstens vijf minuten wachten totdat het stoplicht weer wakker schrikt en toch maar op groen gaat, voor een seconde of wat. Tja, de stad, mevrouw. Zo werkt dat hier.

Ja, want dat was de wijze levensles: extra, extra goed uitkijken! Of er auto’s of ander verkeer aankomt, zeker, dat moet je altijd doen. Daarnaast of er niet ook toevallig politie staat te wachten. Want als je daar voorbij zoeft - tja, als ik agent was zou ik ook plotseling plichtsbesef voelen.

Opvallend hoe snel je je aan iemand kunt hechten. Ik mis haar, de politieagente. Bij elk stoplicht kijk ik of ik haar zie, wat nooit zo is, en dan zeg ik in gedachten tegen haar: “kijk naar dit stoplicht! Wat een onzin! Zo lang op rood! En voor welk verkeer?” En dan fiets ik maar door. Toen ze me staande hield, vroeg ze nog of ik een verklaring wilde afleggen. Inmiddels zou ik haar een heel dagboek kunnen dicteren, want oh wat zijn er een slecht afgestelde stoplichten in de stad...

Politieagenten kunnen hele beminnelijke mensen zijn, dat geloof ik nog steeds. Tenmniste, als je niet expres buiten de lijntjes loopt als ze in de buurt zijn.

En dus kijk ik maar gewoon uit. En stop ik netjes voor rood. Als er politie in de buurt is.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten